zaterdag 12 februari 2011

Vrolijke beroepsdeformatie

Vandaag kocht ik, zoals elke zaterdag, bloemen. Deze keer koos ik automatisch voor een flinke bos roodgele tulpen met dikke knoppen op stevige stelen. Pas bij het aansnijden in de keuken besefte ik dat rood en geel de bedrijfskleuren van ProRail zijn.
Mmm. Ik lijd blijkbaar aan een zeer vrolijke soort van beroepsdeformatie.

zondag 6 februari 2011

Moderniteiten in het ouderlijk huis. Onverenigbare werelden.

'Je vader heeft een iPod aangeschaft,' zegt ma, terwijl ze prei snijdt in haar geblokte schort.
Oké, denk ik, hip. Hij houdt van muziek, maar wanneer gaat hij nu met doppen in zijn oren lopen? Een man die graag grip heeft op zijn omgeving, sluit zich op de fiets of wandelend niet af om muziek te luisteren.

'Ja, en ik heb er al een boek op gelezen,' zegt ze nog.
Ik hoor het niet. De hele wereld verandert, maar niet en nooit die van mijn ouwelui in mijn geboortedorp. Dat bestaat simpelweg niet.


Dan komt pa thuis. Hij is na mijn late aankondiging langs te komen, gauw naar de winkel gefietst voor een zoeteke bij de koffie. Hij stormt de keuken in en schuift een rechthoekig plat ding onder mijn neus.

'Hier, kijk eens wat ik heb!'
Op de keukentafel blinkt een iPad. Ik knipper met mijn ogen. Twee werelden komen samen en mij is niks gevraagd.

'Ja dat is handig,' vervolgt pa onverstoorbaar, 'we hebben nu een netwerkje in huis en dan kan ik beneden mail checken, filmpjes kijken en kan je moeder boeken lezen.'

Hij demonstreert zijn aanwinst en tot mijn -volgende- verbazing zie ik dat hij zijn hand niet omdraait voor deze moderniteit.

'In 1981 hadden we de eerste computer op het werk. In '84 kregen we daar de eerste PC. Ik heb nog geprogrammeerd in Lotus en daarna in Dos. Al die ontwikkelingen vind ik mooi, ik ben het altijd blijven volgen.'

Ik kan alleen maar breed lachen en samen zoeken we in google maps het huis van overgrootopa Van Kuijk op, die destijds midden in Eindhoven een weiland met kippen en konijnen bezat.


We eten en de verhalen over de katholieke vastenperiode van vroeger komen op tafel. Langzaam dringt het tot me door. Hoe zeer ik ook wens dat de wereld hier in hun durp stil staat, blijken mijn ouders intussen toekomstbestendig.