zondag 12 december 2010
Kunst in Tilburg. Because we need it
Juist als ik op museumtour ben, hangen de abri’s in mijn dorp vol reclame voor De Pont. Dat is Tilburg, toch? Ik moet het opzoeken. Bij de zoekterm ‘museum Tilburg’ geeft internet me tips die me overhalen een dag uit te trekken voor de Brabantse broer van Eindhoven. Bijzonder fraaie steden zijn het niet en daarom kan de creativiteit er welig bloeien.
Het Scryption is een communicatiemuseum. De term museum impliceert ‘wat geweest is’ dus een communicatiemuseum holt altijd achter de feiten aan. Hoe maak je verouderde communicatie interessant?
Mijn hart gaat al sneller kloppen bij de vulpennencollectie. Dan volgen de eerste computers - nostalgie - en speciale typemachines. De tijdelijke expositie gaat over geheimtaal. Nooit stond ik er bij stil dat in oorlogstijd boodschappen in gecodeerde taal werden geschreven zodat deze voor de vijand onbegrijpelijk zouden zijn. Ingenieuze codeermachines versleutelden de taal.
Het Scryption blijkt slim samen te werken met de TU/e en Fontys. Bij alle objecten staat een begrijpelijke technische uitleg en voor kinderen zijn er tal van educatieve opdrachten.
Het Scryption en Natuurmuseum Brabant delen de entree en restaurant. Handig doorsteken dus van techniek naar natuur, alwaar ik tussen klassen uitzinnige ukken de ‘peepshow: standjes in het dierenrijk’ en de drol van Sints paard Amerigo bekijk. Het Natuurmuseum Brabant verstaat de kunst om aantrekkelijk te zijn voor kinderen, pubers en volwassenen en is tot in de toiletten leerzaam en grappig.
Bij vertrek vraag ik de kassadame hoe het beide musea financieel afgaat. Het Natuurmuseum heeft veel (commerciële) sponsors die nadrukkelijk benoemd worden bij de exposities. Het Scryption heeft het harder te halen. “De gemeente Tilburg vindt het Scryption te weinig regiogebonden… het is even afwachten of we het redden”.
In Museum De Pont is weldaad troef. Deze oude wolspinnerij ademt ruimte, rust en schoonheid. De moderne kunst krijgt alle aandacht bij mooi licht. De bijenwasgang en de volstrekt donkere ruimte zijn extra bijzonder.
Omdat De Pont een stichting is uit de nalatenschap van zakenman De Pont en het daarnaast zakelijk slim aanpakt, is het museum niet afhankelijk van subsidies. Die trots stralen de medewerkers uit.
De schilderijententoonstelling Time and Place van Howard Hodgkin ontroert me. In een 18 minuten durende film – die ik tot mijn eigen verwondering helemaal afkijk – zegt de groenogige kunstenaar in fraai Brits over het nut van kunst: “Als je een kamer met een raam hebt, moet er door dat raam wel wat te zien zijn. We willen in ons hart geraakt worden en onze intelligentie moet geprikkeld worden. Because we need it”.
Because we need it. Met die woorden in mijn hoofd, stap ik op de fiets naar het laatste museum: het Audax Textielmuseum Tilburg. Voor ik echt naar binnen ga, bezoek ik de werkplaats van de verstandelijk gehandicapten die in het huis voor het museum textiel weven. Blij met m’n handgeweven theedoek met fraaie ruit, word ik na een rondleiding weer uitgezwaaid.
Het textielmuseum is een museum in bedrijf. En dat spreekt aan. In het textiellab zijn studenten en ontwerpers aan het werk met stoffen, patronen en machines. Niks niet ouderwets, maar met de nieuwste technieken en mooiste materialen. Het museum is levendig, kleurrijk, compleet en straalt plezier uit.
Terwijl de zon achter de Tilburgse horizon zakt en ik naar de borrel fiets, vergelijk ik de verdwijnende musea van Eindhoven met de Tilburgse blijvers. Drie woorden die het verschil maken: professioneel, groots en met enthousiasme. Go on Tilburg, kunst moet!
Klik hier voor wat toeristische kiekjes.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten